1) Op school vertelt een klasgenootje van Anna aan de klas dat ze heel erg ziek is. De andere kinderen schrikken daarvan en gaan haar meteen uit de weg en willen niet meer met haar spelen.
3) Ook Anna is geschrokken en ze wil eigenlijk ook stilletjes ergens anders gaan spelen. Maar een stemmetje binnen haar zegt heel zachtjes en duidelijk “Vrede met iedereen”.
3) Anna gaat meteen naar het meisje toe om met haar te spelen. Ze zijn allebei erg blij!